Wetenswaardigheden



Kenmerken        Voortplanting  Hoe leeft hij         Nuttig voor milieu
Vrij rondlopend  Gevaren          Waarschuwingen   Bijvoeren       
Slaapplaats        Winterslaap     Het egeljaar          Zuigelingen     
Voedseldieren    Egelsterfte      Gewicht                Egelboeken

Scroll de pagina (Druk op een toets om het scrollen te stoppen, Enter hervat scrollen)



Hoe ziet een egel (Latijn: Erinaceus europaeus) eruit ?

Egels leven al 50 miljoen jaar op aarde en voorgangers van de huidige soort zijn er al tussen de 15 en 20 miljoen jaar.
De egel behoort tot de familie der Erinaceidae, orde insekteneters (insectivora).
Onder de egels komen meerdere soorten voor. Zelfstandige soorten zijn de amoeregel en twee chinese egelsoorten.
Ook zijn er een aantal zachthuidige, stekelloze insecteneters van het rattype, die haaregels of spitsratten (Echinosoracinae) genoemd worden.
De bekendste hiervan is de grote haaregel (Echinosorex gymnurus), die zonder staart 45 cm lang kan worden en die leeft in de bossen van Z.O.Azie, waar hij naast ongewervelde dieren ook kikkers en vissen weet te bemachtigen.
Dan is er nog de langooregel (geslacht Hemiechinus), die in steppes en woestijnen voorkomt. Ze hebben een lichte tot zelfs witte vacht met soms een witte voorhoofdsband.
Alle egels zijn zoolgangers met een tamelijk lange kop, spits en kegelvormig.
Skelet van normale egel Het kenmerk van een zoolganger is, dat hij bij het lopen met de volledige voetzool de grond raakt. De mens is daarentegen een halfzoolganger.
Bij de Europese egels worden er 2 soorten onderscheiden: de Erinaceus europaeus en de Erinaceus roumanicus.
De eerste soort komt in Nederland voor.

Voor de ge�nteresseerden: In Limburg lopen hier en daar albino-egels rond (Horen in dit geval wel gewoon tot de Erinaceus europaeus).
Zie hiervoor het krantenartikel van Dagblad de Limburger / het Limburgs Dagblad van 25 oktober 2003.
Albino van Steven Jansen
Wilt u n�g meer weten over albino-egels, lees dan het artikel uit het Natuurhistorisch Maandblad van februari 1998 door de heer Steven Jansen, die dit artikel aan ons ter beschikking stelde (waarvoor onze hartelijke dank). Het bestand is 419 kB groot.
Klik hier om de grote foto, die afkomstig is van Steven Jansen te bekijken.
Mochten er mensen zijn die een albino gezien / gevonden hebben of er een foto van hebben of nadere vragen willen stellen, dan kunnen ze contact opnemen met Steven Jansen.

De egel heeft een dikke spierkap met een stekeldragende huid op zijn rug die bij het oprollen zijn hele lijf verbergt. Dit oprollen doet hij door de spierkap als een zak over zijn lichaam samen te trekken, de pennen richten zich dan op. Zo wordt hij een stijve, stekelige bal.
Een gezonde, volgroeide egel weegt tussen de 800 en 1200 gram, is 20 tot 30 cm lang en heeft een staartje van 2 tot 3,5 cm.
Er is geen verschil in grootte tussen een mannetje en vrouwtje.
De snuit is net als het ondergedeelte behaard en de maximaal 9000 en gemiddeld ongeveer 6000 stekels van 1 � 2 cm lang, waarmee rug en kop zijn bedekt, bieden meestal bescherming genoeg. De egel kan zich namelijk zo tot een bal oprollen, dat er van kop en poten niets meer is te zien.

Bij aanstormende auto's helpt dit hem echter niet. Met zijn bolle zwarte kraaloogjes ziet een egel slecht.
Des te beter kan hij ruiken. In gezonde toestand heeft hij een hele natte neus.
Buiten de normale zintuigen heeft de egel net als bijv. slangen nog een zesde zintuig, nl. het orgaan van Jacobson. Dit extra zintuig ligt tussen het gehemelte en de neusholte en wel vlak voor de inwendige neusopening. Het is een blind eindigend buisje, dat met reukepitheel bekleed is.
Met dit orgaan worden nieuwe luchtjes onderzocht. Eerst ruikt de egel aan de nieuwe geur, daarna komt er een flinke hoeveelheid schuimend speeksel vrij. Als de ervaring is verwerkt, spuugt de egel het speeksel op zijn rug, terwijl hij zich in de vreemdste bochten wringt. Dit doet hij om het orgaan weer schoon en klaar te maken voor nieuwe prikkels.

Voortplanting

Na 9 tot 11 maanden is onze West Europese egel in staat om zich voort te planten.
Mannetjes kunnen 's nachts soms wel 2 tot 3 kilometer lopen op zoek naar een vrouwtje.
De paartijd loopt, afhankelijk van het weer, van ca. mei tot september. Het vrouwtje zal eerst niets van het mannetje willen weten, maar een beetje mannetjesegel laat zich niet afschrikken. Het vrouwtje maakt hierbij proestende en kuchende geluiden, die tot ver in de egelomtrek te horen zijn. Ze zal hem met de stekels te lijf gaan en rondjes lopen, tot ze in kringetjes langs elkaar lopen: de egel-carrousel.
Uiteindelijk, na soms wel 2 dagen, komt het tot een paring. Het wijfje drukt zich tegen de grond en legt al haar stekels plat. Ze doet haar achterpootjes iets omhoog, waarna het mannetje haar beklimmen kan. Zo wordt de paring in enkele seconden voltrokken.
Samen betrekken ze de woning van het wijfje. Ongeveer 35 dagen v��r de geboorte van de jongen jaagt de egelin hem er weer uit. Zij doet dit om hem uit te schakelen als voedselconcurrent.
De jongen worden tussen mei en september geboren na een draagtijd van 35 dagen. Soms krijgt een wijfje 2 maal een nest. In mei of juni en in augustus of september. Meestal zijn het 5 tot 7 jongen.
Ze worden gezoogd door de moeder, die 10 tepels heeft. De jongen worden blind en doof geboren. Hun (witte) stekeltjes liggen in de door vocht gezwollen huid. Deze slinkt langzaam, zodat de ongeveer 100 stekels al na een dag te zien zijn. Na drie dagen groeien de grijs-bruine jeugdstekels uit.
Na ongeveer drie weken gaan de ogen en oren open. De egeltjes zijn nu behaard en hebben al ongeveer 2000 stekels.
In de 6e week vallen de eerste witte stekels weer uit.
Tegen het einde van de derde week verlaten ze af en toe het nest, later volgen ze de moeder en gaan ze ook voedsel zoeken. Rond deze tijd krijgen ze ook een melkgebit. Egels wisselen hun melkgebit na 2 tot 3 maanden voor een blijvend gebit. In de bovenkaak zitten 20 en in de onderkaak 16 tanden.
De kiezen zijn knobbelig.
Na 6 weken moeten ze minimaal 300 gram wegen.
Als de jongen na bijna 2 � 3 maanden zelfstandig zijn, verdrijft de moeder ze.
De jongen blijven vaak bij elkaar, ook tijdens de winterslaap. Dit vergroot hun overlevingskansen.

Hoe leeft een egel ?

De natuurlijke leefomgeving van een egel is een bosrijk gebied. Ze kunnen zich daar goed verstoppen en nestmateriaal vinden. Tegenwoordig leven ze overal waar voedsel is en geschikte schuilplaatsen zijn. Het leefgebied van een mannetje is ongeveer 20-40 ha en dat van een vrouwtje 10-20 ha.
Ze vermijden vochtige gebieden en naaldbossen zonder onderhout. Daar is moeilijk een droge schuilplaats te vinden. Egels bekleden hun nest met bladeren, planten, mossen en grassen. Ze slepen dit in hun bek naar hun schuilplaats. Dit kan een zelfgemaakt hol zijn, maar ook een holle boomstam, een konijnenhol of onder oude stallen of heggen. Als de schuilplaats hem bevalt, kan hij het jaren aanhouden om er overdag te slapen.
Het zelfgemaakte egelnest wordt in elkaar gedraaid. Hij sleept het nestmateriaal naar de uitgekozen plek, maakt een hoop, graaft zich in en begint te draaien. Zo ontstaan er dicht op elkaar gepakte bladeren die de wanden van het nest vormen. Deze wanden kunnen wel 20 cm dik zijn.
Een aantal keer per nacht is de egel actief, hij slaapt ongeveer 18 uur.
De egel is niet de hele nacht actief. Zijn eerste actieve periode bij het vallen van de avond duurt zo'n 3 uur. Rond middernacht en tegen de ochtend gaat hij telkens nog eens voor enkele uren op pad. Per nacht kan hij zo gemakkelijke enkele kilometers afleggen.
De egel is wakker in de lente, zomer en herfst. In de herfst slaat hij een vetvoorraad op, waardoor hij tijdens zijn winterslaap kan overleven.
Als het kouder wordt en er niet voldoende voedsel meer is, zoekt de egel een beschut plekje voor die winterslaap. Onder een heg, een houtstapel, compost- of bladhoop maakt hij een nest van blad, takjes en ander materiaal. Wanneer hij vet genoeg is -jonge egels vaak pas in december, oudere egels al eerder - zoekt hij dit nest op.
Egels in de natuur bereiken nog maar zelden de leeftijd van vier jaar.

Nuttig voor het milieu

Egels zijn nuttige dieren. Zij eten veel voor ons schadelijke insekten en slakken. Ook zijn zij grote opruimers van aas, weggegooid voedsel en fruit. Op regenwormen zijn zij dol.


Het is in ons eigen belang egels te helpen in hun voortbestaan.
Egels ziet men niet dagelijks. Ook dit dier moet wijken voor stadsuitbreiding en wegenaanleg.
Daarnaast zijn land- en tuinbouwgif, water en bodemverontreiniging oorzaak van ziekte en sterfte onder de egels. De toename van de verkeersdruk eist steeds meer slachtoffers.
Het aantal egels gaat achteruit. Daarom staat de egel op de lijst van beschermde dieren in de Natuurbeschermingswet.
Het is dus verboden een egel te verstoten, te doden of mee naar huis te nemen.

Vrij rondlopende egels

Egels worden vaak 's avonds rondscharrelend in de tuin gezien, waar hij een welkome gast is omdat hij de voor ons schadelijke dieren eet: slakken, rupsen, larven, kevers, jonge muizen en aas.
Ook eet hij wel mieren, wormen, pissebedden, spinnen, kikkers, padden en soms zelfs bijen en wespen.
Egels maken een hoop herrie onder het eten. Ze smakken en snuiven er op los.
Bij woede gilt een egel. Luid snuffelen en sissen zijn geluiden die hij bij opwinding maakt.
Doordringende angst- of pijnkreten klinken als het krassen van een ijzerzaag.
Egelbabies tsjilpen als vogels als ze honger hebben of als ze hun moeder zoeken.

Gevaren voor egels

Egels hebben weinig natuurlijke vijanden. Maar roofvogels en grote uilen hebben maling aan hun stekels. Met hun grote klauwen en hun harde snavel trekken ze hem in stukken. Dassen, bunzingen, wilde zwijnen en vossen maken zieke of gewonde egels buit.
Inwendige en uitwendige parasieten kunnen hem ook het leven kosten. De meeste parasieten krijgt een egel binnen bij het eten van slakken en insecten. Het grootste gevaar schuilt echter in de mens.
Het eten van slakken, mollen of muizen die gedood zijn door slakkenkorrels of ander gif, is dodelijk voor egels.





Egels kunnen goed zwemmen, maar tegen steile randen van tuinvijvers of zwembaden kunnen zij niet op.
Zorg voor een  ruwe rand of een plankje voor de egel om er uit te klimmen.





Voorkomen is beter dan genezen

Wat kunnen wij zelf doen?



Bijvoeren

Er is geen enkel bezwaar tegen om egels te voeren, als het maar bijvoeren is.
Als er in oktober al nachtvorst is, zullen veel eerstejaarsegels moeite hebben om voldoende vetreserves op te bouwen voor de winterslaap. Vooral voor hen is het erg aan te bevelen om ze bij te voeren.
Geef kattenvlees uit blik, kattenbrokken, meelwormen, gekookt ei en fruit. Geef water te drinken, nooit melk.
Zet het eten onder een omgekeerd kistje met een klein gat er in, zodat de katten er niet bij kunnen.
NB: Egels die worden bijgevoerd gaan wel later in winterslaap. Dat is geen bezwaar voor egels.

Een slaapplaats

Egels slapen graag in een egelhuis.
Betonnen huizen zijn ongeschikt, die worden te vochtig.
Ongeverfd hout is goed, als het op stenen staat en ventilatiegaten aan de achterkant heeft. Bedek het met veel tuinafval.
Egels verhuizen regelmatig, maar op een gegeven moment zal hij weer in het houten huis zitten.

Bijgaand een schema om zelf een egelbungalow in elkaar te zetten.

Om te beginnen is een beschutte plaats onder b.v. een boom of struiken gewenst. Hier kunnen dan 4 stoeptegels als basis worden gelegd.
Het hok zelf bestaat uit een buitenhok en een binnenhok Het buitenhok kan van verschillend materiaal: Betonplex gaat heel lang mee. Het binnen hok kan een kartonnen doos zijn. Voor isolatie moet er een plaatje piepschuim onder. Erin kan droog blad of in reepjes gescheurde kranten (geen stro of hooi dat gaat tussen de stekels zitten). Als dak van het slaaphok kan karton of een stapeltje kranten worden gebruikt.
Is in het voorjaar de egel uitgeslapen dan kan het oude slaaphok worden weggedaan en vervangen door een nieuw schoon binnenhok.

Voor een grote foto van het hok zonder dak vanaf linksvoor genomen, klik hier.
Voor een grote foto vanaf rechts opzij genomen, klik hier.
Voor een klad werkschema van de bungalow, klik hier.

Voor nog 2 andere huizen (Uit het blaadje IGEL BULLETIN dd. november 1998 van Pro Igel), klik hier en hier.





Egels in winterslaap

De egel is van nature een insekteneter. 's Winters kan hij niet of nauwelijks voedsel vinden en zal de egel in winterslaap gaan.
Dat klinkt simpeler dan het is. Om de lange koude periode te kunnen overleven, moet de egel eerst flink eten. Al het extra voedsel dat hij in de herfst eet, wordt opgeslagen als vetreserve.
Vervolgens zoekt de egel een geschikte overwinteringsplek. Dat kan een composthoop zijn maar ook een bladhoop of een bos takken. Daar maakt hij zijn nest, rolt zich stijf op en gaat in winterslaap.
Zo'n winterslaap is veel dieper dan een gewone slaap: Zijn lichaamstemperatuur daalt naarmate de omgeving kouder is, en kan van 38� dalen naar 4�. Zijn hartslag daalt van 100 tot 150 keer per minuut naar 20 keer  per minuut. Zijn ademhaling gaat nog maar heel langzaam.
Door alle energieverbruikers op een laag pitje te zetten, kan de egel het zonder eten of drinken wel een half jaar uithouden. De egel zal overigens zelden een half jaar achter elkaar slapen. Soms wordt hij tussendoor even wakker en eet wat. Daarna gaat hij opnieuw slapen.
In het begin van de winterslaap valt een egel tot 4 gram per dag af, later nog maar 1 - 2 gram.
Ziet U een egel midden in de winter overdag rondlopen, dan is er iets mis. Wilt U dan iemand van de egelopvang in  uw omgeving bellen (zie lijst van vergunninghouders bij Externe opvang in Nederland).
In het voorjaar, als er voldoende voedsel is, komt de egel weer tevoorschijn en begint te eten. Hij moet dan weer op gewicht komen, want hij kan ongeveer 30% van zijn lichaamsgewicht kwijtgeraakt zijn.

HET EGELJAAR (Samenvatting)

Januari
Winterslaap
Februari
Nog steeds winterslaap maar de reserves zijn verbruikt
Maart
Sommige egels ontwaken, speciaal in zachte winters
April
Ze worden weer aktief, nieuwe reserves worden opgebouwd
Mei
Mannetjes en vrouwtjes zoeken elkaar: Paringstijd
Juni
Geboorte van de jongen; Voorlopig nog in het nest
Juli
Moeder en jongen verlaten het nest
Augustus
Jongen gaan bij de moeder weg en worden zelfstandig
September
(Te) laatgeboren egels worden vaak herfstwezen
Oktober
Winternesten gemaakt en vetreserves opgebouwd
November
De meeste egels zijn aan hun winterslaap begonnen
December
Winterslaap, soms even wakker om wat bij te eten


Leeftijdsbepaling bij zuigelingen (Uit boek "Egels in de tuin" van Monica Neumeier ISBN 90 5210 29601)

Leeftijd Huidskleur Stekels Vacht Ogen/oren Tanden Gewicht (gr)
Geboorte Roze Wit Zonder Gesloten Geen 12 - 25
1e Week Roze Paar donkere Zonder Gesloten Geen 30 - 50
2e Week Grijs Donkere Wat pluis Openen zich Geen 60 - 80
3e Week Grijs Donkere Aanwezig Open Komen door 100- 130
4e Week Grijs Donkere Dicht Open Compleet 140 - 180


Belang voedseldieren (Uit boek "Egels in de tuin" van Monica Neumeier)

Voedseldieren vd egel Belang voor de voeding Bruto voedingswaarde
(in %)
Kevers Zeer belangrijk 27,9 - 56,3
Vlinderrupsen Zeer belangrijk 17,7 - 43,1
Regenwormen Zeer belangrijk 12,3 - 33,9
Oorwurmen Belangrijk 1,5 - 10,5
Keverlarven Belangrijk 0,4 - 10,5
Slakken Zeer belangrijk 1,3 - 5,6
Muggen en vliegen Zeer belangrijk 2,9 - 7,0
Duizendpoten ed. Zeer belangrijk 0,3 - 2,2
Pissebedden Onbelangrijk 0,1 - 1,1
Mieren, bijen, wespen Onbelangrijk Geen opgave
Spinnen Onbelangrijk Geen opgave








De grafiek hiernaast geeft weer wat de egelsterfte zo ongeveer is in de vrije natuur. Er wordt uitgegaan van 1000 egels en na ��n jaar zijn er nog zo'n kleine 400 over.
Na 8 jaar zijn ze normaal gesproken allemaal dood.









De gewichtsontwikkeling van een egel in 2 jaar wordt hiernaast weergegeven:
De onderste kromme is het patroon van een pas geboren egeltje en de andere twee krommen slaan op resp. een vrouwtjes- en een mannetjesegel. Erg veel verschil is er niet tussen deze twee.
We zien een duidelijke gewichtsterugval tijdens de winterslaap.

Boeken


O, die stekels          Guy Dani�ls en Elsbeth Fontein 90-5341-343-X Nederlands: 24 blz.
                        Egel Bram verhuist, gaat naar verjaarsfeestje van konijn Kobe en wordt populair
                        Uitgever C de Vries-Brouwers Antwerpen,Rotterdam 1997
De avonturen van Stek de Egel Jaap Coenraads        97-89081-646413 Nederlands
                        Leesboek voor kinderen en volwassenen.
                        Uitgever: Birdie Numansdorp  13,95 euro (november 2011) 
                        Zie bijbehorende website
Wie is mijn vriendje?   Marcus Pfister              Isbn onbekend
                        Uitgever De Vier Windstreken.
                        Kartonnen plaatjesboek:
                        Zou die kastanje of dat speldenkussen zijn vriendje zijn?
The complete HEDGEHOG   Les Stocker                 0-7011-3272-8  Engels:    170 blz.
                        Alles over egels.
Life on the edge        Marcel P. Huijser           90-5808-301-2  Engels:    160 blz.
                        Proefschrift over de egel als verkeersslachtoffer
                        en wat is er tegen te doen.
Der Igel-Patient        Maartje Schicht-Tinbergen   3-334-60945-6  Duits:     110 blz.
                        Medische handleiding voor egels.
Hedgehogs               Nigel Reeve                 0-85661-081-X  Engels:    300 blz.
                        Alles over egels, veel foto's, tabellen, grafieken
                        en tekeningen
Egels in de tuin        Monika Neumeier             90-5210-296-1  Nederlands: 62 blz.
                        Leuk geschreven boekje met veel mooie foto's
Egels rollen zich op    Jo�lle Pinchon              90-303-2041-9  Nederlands: 30 blz.
                        Voor kinderen die alles over egels willen weten: 
                        Erg veel mooie foto's
Het practische egelboek M. Lohmann                  90-5210-451-4  Nederlands: 79 blz.
                        Handig boek voor egel"beginners" en gevorderden, erg veel foto's:
                        Uitgever Tirion 12,50 euro (oktober 2002) 
De stekels van een egel Can G�knil                  90-70610-81-7  Nederlands: 18 blz.
                        Prentenboek met klein verhaaltje voor 4 tot 8-jarigen vanuit het Turks:
                        Uitgever De Geus Breda 1988 
Het stekelige egeltje   Mark Ezra                   90-6056-557-6  Nederlands: 27 blz.
                        Prentenboek met aandoenlijk verhaaltje over de avonturen van een egeltje
                        Uitgeverij De Eekhoorn 1995
Egels, stekelbolletjes  Val�rie Tracqui             90-5483-521-4  Nederlands: 30 blz.
                        Veel leuk geschreven informatie en foto's
                        Uitgeverij Biblion 9,75 euro (maart 2006)
Egels                   Althea Braithwaite&Joe; Blossom 90-05-06168-5 Nederlands:24 blz.
                        Prentenboek met eenvoudige tekstjes voor kinderen vanaf ca 7 jaar
                        Uitgeverij De Ruiter in Gorinchem 1988  
Dieren om ons heen:     Michael Leach                90-5495-810-3  Nederlands: 32 blz.
De Egel                 Het leven van de egel met veel info en foto's
                        Uitgeverij Biblion 2003